Een veilige werkomgeving is niet altijd voldoende om alle mogelijke elektrische gevaren te beheersen. Je moet heel voorzichtig zijn en veilig werken. Veiligheidsregels helpen je het risico op verwonding of dood door gevaren op de werkplek voor jezelf en anderen te beheersen.

Als je aan elektrische circuits werkt of met elektrisch gereedschap en apparatuur, moet je de volgende gouden veiligheidsregels gebruiken:

Maak alsjeblieft geen grapjes over deze regel als je die al kent (en dat weet je waarschijnlijk al als je deze regels leest) en bedenk dat als er iets ergs gebeurt – je waarschijnlijk geen tweede kans meer krijgt. Dat is niet grappig.

Behandel alle elektrische apparaten alsof ze onder spanning staan of onder spanning staan.

Ontkoppel de stroombron voordat je elektrische apparatuur onderhoudt of repareert.

Gebruik bij het werken aan elektrische apparaten alleen gereedschap en apparatuur met niet-geleidende handgrepen.

Gebruik nooit metalen potloden of linialen, en draag geen ringen of metalen horlogebandjes bij het werken met elektrische apparatuur. Deze regel is heel gemakkelijk te vergeten, vooral als je een of ander elektrisch onderdeel aan het wijzen bent met een metalen potlood.

Als het nodig is om apparatuur met een stekker aan te pakken, zorg dan dat je handen droog zijn en draag, indien mogelijk, niet-geleidende handschoenen, beschermende kleding en schoenen met geïsoleerde zolen.

Tip: Allround specialisten in elektrotechniek Heerhugowaard

Als het veilig is, werk dan met slechts één hand en houd de andere hand aan je zijde of in je zak, uit de buurt van alle geleidend materiaal. Deze voorzorgsmaatregel verkleint de kans op ongelukken waarbij stroom door de borstholte gaat.

Als je ooit gelezen hebt over stroom die door het menselijk lichaam gaat weet je het, dus onthoud – werk alleen met één hand.

Beperk het gebruik van elektrische apparatuur in of op andere plaatsen waar waarschijnlijk is. Als apparatuur toch op zulke plaatsen gebruikt moet worden, monteer de apparatuur dan aan een muur of verticaal paneel.

Als er water of een chemische stof op de apparatuur gemorst wordt, schakel dan de stroom uit met de hoofdschakelaar en haal de stekker uit het stopcontact.

Probeer NOOIT water of iets dergelijks uit de apparatuur te verwijderen terwijl er spanning op staat. Het is immers dom om dat te doen.

Als iemand in contact komt met een onder spanning staande elektrische geleider, raak dan de apparatuur, het snoer of de persoon niet aan. Koppel de stroombron los van de stroomonderbreker of trek de stekker eruit met behulp van een leren riem.

Lastige situatie, en je moet heel kalm blijven om de situatie niet nog erger te maken.

Apparatuur die een “tinteling” geeft moet losgekoppeld worden en onmiddellijk voor reparatie gemeld worden.

Vertrouw niet op aarding om een defect circuit te maskeren en probeer ook niet een storing te verhelpen door er een andere zekering of onderbreker in te steken, vooral niet een van grotere capaciteit.

Voordat je in de buurt ervan werkt en houd de kortsluiting tijdens het werk op de klemmen om een elektrische schok te voorkomen.

Raak nooit andermans apparatuur of elektrische regelinrichtingen aan, tenzij je daartoe opdracht hebt gekregen.

Sluit alle elektrische contacten en geleiders af, zodat niemand er per ongeluk mee in aanraking kan komen.

Hanteer elektrische apparatuur nooit als handen, voeten of lichaam nat zijn of transpireren, of als je op een natte vloer staat.

Wanneer het nodig is elektrische apparatuur aan te raken (bijvoorbeeld bij controle op oververhitte motoren), gebruik dan de rug van de hand. Zo zou je, als een toevallige schok spiersamentrekking zou veroorzaken, niet ”

Wees je ervan bewust dat vergrendelingen op apparatuur de hoogspanningsbron uitschakelen als een kastdeur open is, maar dat de stroom voor stuurcircuits ingeschakeld kan blijven.

Maak open experimentele circuits spanningsloos en apparatuur die onbeheerd wordt achtergelaten.

Draag geen losse kleding of stropdassen in de buurt van elektrische apparatuur.